.
Koning winter ligt nog te slapen
op zwart geblakerde resten
zomer warmte
van
de vele brandende dagen
Het laat de Siberische kou koud
of wij nog besneeuwde aarde
onder naakte voeten
met jubeltenen
En menig haard vol ongedroogd hout
met een pluim
welk voor onvervalst winterweer
niet zou
misstaan
©️ Rudolf
Liefde tussen moeder en kind
Nauwelijks aanwezig is wind
Water stroomt zoals in zomer
Vogels oefenen winterliederen
Herten burelen naar hartelust
En ik, ik verwonder mezelf
Beeld mijn
liefde in stilte
Voor jou iedere dag een rode roos of twee
Een zee van rozenblaadjes in je stee
En liefde
Heel veel liefde
Volmaakt veel liefde
In mijn hart
©️ Rudolf
Ik was de arme kleine geit
De kleine meid de grote stoere poes
Er volgde menig hemel
En grootmoeders bank gestoei
Eraan geloven deden mijn knieën
Wij verstopten onszelf
In alle
hoeken en gaten
Maar beide pluche beesten
Vonden ons steeds
Niet veel later
Wij bedachten gedrieën buiten de tijd
Sleten schoenen traag en lang
Goed bekeken werd menig stoel
Niet aanwezig bleken
kabouterramen
Gelukzalig zwierde zij in onze armen later
©️ Rudolf