.
15. dec, 2020
Ik was de arme kleine geit
De kleine meid de grote stoere poes
Er volgde menig hemel
En grootmoeders bank gestoei
Eraan geloven deden mijn knieën
Wij verstopten onszelf
In alle
hoeken en gaten
Maar beide pluche beesten
Vonden ons steeds
Niet veel later
Wij bedachten gedrieën buiten de tijd
Sleten schoenen traag en lang
Goed bekeken werd menig stoel
Niet aanwezig bleken
kabouterramen
Gelukzalig zwierde zij in onze armen later
©️ Rudolf
14. dec, 2020
Geruisloos overgaan in de cadans van bruisende golven
Elke wolk heeft een zilveren rand van de laaghangende zon
De zilte horizon glinstert waar het deinen begon
En hier gedrieën op wat hoger bomenland
Temidden van gras en vaar en menig kabouterstoel
Hangt liefde en een bijzondere band
©️ Rudolf
23. nov, 2020
17. nov, 2020
9. nov, 2020